Maak jouw tuin winterklaar

Veel mensen vinden het fijn om de tuin in de herfst winterklaar te maken. Lekker aan de slag met de snoeischaar en de bladeren wegharken. Met als resultaat een schone, nette en opgeruimde tuin. Maar van al die netheid worden dieren en planten helemaal niet zo blij. Hier vind je onze tips voor het duurzaam winterklaar maken van je tuin.

Tip 1: Snoei zo weinig mogelijk

Het is misschien verleidelijk om takken weg te snoeien of uitgebloeide planten weg te halen. Maar wist je dat er veel insecten overwinteren in stengels van uitgebloeide planten? Sommige vlinders leggen hun eitjes in het najaar op planten. In het voorjaar komen deze eitjes uit. Begin dus dan pas met snoeien en laat uitgebloeide planten nog even staan. Hier doe je insecten een plezier mee.

Tip 2: Laat afgevallen blad liggen

In de herfst valt er veel blad van de bomen. Laat dit blad liggen. Zeker onder bomen, struiken en vaste planten. Een dun laagje bladeren zijn een soort dekentje voor je planten en de aarde. Het blad vormt een natuurlijke beschermlaag tegen de kou. In het blad zitten ook voedingsstoffen die goed zijn voor de bodem. Schimmels, bacteriën en kleine diertjes breken de bladeren af en regenwormen zorgen ervoor dat ze in de grond komen. Ligt er veel blad op het gras? Hark dit dan wel even opzij.

Tip 3: Maak een rommelhoekje

Heb je dan toch snoeiafval, takken of bladeren waar je vanaf wil? Gooi het niet weg, maar maak er compost van of maak een rommelhoekje in je tuin. Een berg bladeren en takken gebruiken dieren als schuilplaats in de winter. Insecten en egels zijn je dan dankbaar voor een warme plek.

Tip 4: Bloembollen planten

Als de bodem niet bevroren is dan kun je tot eind december bollen planten. Denk aan krokussen, verschillen klokjes en wilde tulpen. In de bollenteelt wordt veel schadelijk gif gebruikt. Kies daarom alleen voor biologische bollen. Wist je dat je van verschillende bloemsoorten kunt kiezen voor een wilde soort? Hier maak je insecten, zoals de wilde bij en de vlinders, erg blij mee.

Tip 5: Laat fruit en bessen hangen

Heb je fruitbomen of bessenstruiken in je tuin? Laat dan er dan wat vruchten aanhangen. Veel vogels en insecten eten deze graag, ook als ze al opgedroogd zijn.

Tip 6: Maak nestkasten schoon

Nestkasten in je tuin zorgen ervoor dat vogels er sneller een nest maken. maar, deze moet je wel elk najaar schoonmaken. Je doet dit door de oude nesten eruit te halen en de boel even goed uit te borstelen met water. Laat ze drogen en hang ze weer op. Dan is het weer goed schoon voor de volgende bewoners. Als het erg koud wordt in de winter dan gebruiken vogels de nestkasten dan ook al als slaapplek.

Tip 7: Vogels voeren mag

Voor tuinvogels is het steeds moeilijker om voedsel te vinden. Je mag ze daarom het hele jaar door voeren. Als je weet welke vogels in je tuin leven kun je daar het voer op aanpassen. Zo eten merels graag gewelde rozijnen en fruit en houden mussen van pinda's. Naast voer kun je ook een waterschaal voor vogels neerzetten.